26 juni 2012

De belofte van Al Gore

ACTA lijkt op dood spoor in het Europees Parlement en bij de Nederlandse regering. Er loopt nog een onderzoek bij het Europese Hof van Justitie naar de mogelijke aantasting van Europese grondrechten door ACTA. En in juli stemt het voltallige Europese parlement over de ratificatie van het verdrag. Het EP steunt D66-lid In 't Veld in een rechtszaak om alle documenten over ACTA boven tafel te krijgen. Zover gaat de Nederlandse regering niet. De VS hechten het meest aan geheimhouding, blijkt uit eerder via een WOB-procedure vrijgegeven stukken. Daarin staat ook duidelijk dat de verdragspartners zich verplichten tot nationale wetgeving, wat door voorstanders van het verdrag altijd is ontkend en ook niet met zoveel woorden is terug te vinden in de documenten die ter ratificatie zijn voorgelegd. Het is een reden te meer om ACTA nu definitief af te wijzen, maar we zullen nog even moeten afwachten of het inderdaad zover komt.

Ook in de VS is ACTA geen gelopen race. De handtekening die ambassadeur Ronald Kirk vorig jaar oktober in Tokio onder het verdrag zette is omstreden. Ook hier verzetten parlementariƫrs zich tegen het feit dat het verdrag in alle beslotenheid en zonder de nodige consultatie van volksvertegenwoordigers tot stand is gekomen, terwijl er toch zwaarwegende grondwettelijke kwesties mee gemoeid zijn. Anderzijds ijveren Amerikaanse parlementsleden voor allerlei nieuwe wetgeving (zoals CISPA) die de internetvrijheid ook aan banden legt. De VS proberen verder in het kader van het Trans-Pacific Partnership een met ACTA vergelijkbare bepaling over het handhaven van auteursrechten op het internet af te dwingen. Deze bepalingen kunnen een wijdere strekking krijgen als de VS in handelsovereenkomsten met andere landen dezelfde voorwaarden gaat stellen, zegt EFF (Electronic Frontier Organization), de Amerikaanse belangengroep voor een vrij internet.

De vrijheid van meningsuiting en de privacy op het internet zijn tot nu toe verre van gegarandeerd. Google draagt zijn steentje bij aan de openheid op dit gebied met zijn Transparency Report. Daarin kun je lezen welke auteursrechthebbenden en overheden hoe vaak verzocht hebben om bepaalde websites te blokkeren en wie bij Google gegevens heeft opgevraagd. Google levert deze overzichten gratis en ongevraagd. Dat is natuurlijk heel mooi. Maar daarmee zijn de rechten van de internetgebruiker nog niet gewaarborgd. Over het internet woedt een strijd waarin verdedigers van achterhaalde auteursrechten, bange en autoritaire overheden, politie, justitie, activisten tegen kinderporno en vele anderen hun belangen najagen zonder veel respect te tonen voor klassieke grondrechten van de burger om in vrijheid, onbespied te kunnen communiceren. Verdedigers van burgerrechten en volksvertegenwoordigers moeten alle zeilen bijzetten om digitale burgerrechten te realiseren. De politiek mist effectieve instrumenten om voor een geglobaliseerd fenomeen als het internet publieke rechten te garanderen. Het grote bedrijfsleven heeft via zijn input en lobby bij de totstandkoming van internationale verdragen zoals ACTA genoeg kansen om zijn belangen veilig te stellen. De macht van burgers die opkomen voor hun privacy is daarmee vergeleken ontoereikend. En de weg van een aanpassing van grondrechten zoals de vrijheid van meningsuiting, de privacy, het briefgeheim, aan de nieuwe situatie die het internet heeft gecreƫerd is lang. Te lang misschien wel om een blijvende aantasting van grondrechten te voorkomen.

In de verkiezingsprogramma's is de urgentie van dit probleem nog niet overal zichtbaar. Hoezeer politici ook hechten aan het gebruik van internet en nieuwe media, de indruk blijft bestaan dat velen op dit gebied achterlopen -en dus niet in staat zijn voldoende tegenwicht te bieden tegen de particuliere belangen die burgers nu confronteren met voldongen feiten en een tekort aan rechten. Of de mist in gaan met onhandige voorstellen. "D66 snap niets van het internet" schrijft Brenno de Winter in HP/DeTijd naar aanleiding van de suggestie van deze partij om zogenaamde Ddos-aanvallen te legaliseren in het kader van de demonstratievrijheid. Dat leidde gisteren tot een haastige correctie. De partij is wel voor demonstratievrijheid op het internet, maar tegen het platleggen van sites. Iets dergelijks overkwam GroenLinks twee jaar geleden met een al te ruim geformuleerde passage over het auteursrecht waartegen een aantal bekende auteurs onmiddellijk protest aantekenden.

Vergelijk eens de aandacht die politici besteden aan regelgeving en investeringen in autowegen met hun inzet voor de publieke zaak op het internet. Hoeveel automobilisten telt Nederland? En hoeveel internetgebruikers? Zijn er grondrechten gemoeid met het verhogen van de maximum snelheid? Hoeveel deskundige opsporingscapaciteit is er beschikbaar voor cybercrime in vergelijking met de inzet van politie tegen verkeersovertredingen? Enzovoort. Hoe zwaar zal de urgentie van digitale rechten meewegen op 12 september? Bijna twintig jaar geleden kondigde de Amerikaanse vice-president Al Gore in een vergezicht over de toekomst van nieuwe communicatiemiddelen de komst van de elektronische of digitale snelweg aan. Voor hem zou dat op de eerste plaats een openbare snelweg worden ten dienste van de informatievoorziening van burgers, het onderwijs, de democratie. "Gore ziet de digitale supersnelweg als een soort elektronische bevrijding", schreef Francisco van Jole in 1994. Wat is er sindsdien gebeurd dat we van deze belofte zo zelden meer iets horen?




Geen opmerkingen: